Passievruchtenbavarois
bereiding
-
1
Klop voor het chocoladedeeg 25 g boter tot ze wit wordt en voeg 25 g poedersuiker toe. Meng er 1 eiwit onder en daarna 15 g bloem en 6 g cacaopoeder. Meng goed en giet op een met bakpapier bedekte bakplaat. Strijk het deeg uit over de bakplaat. Zet in de diepvriezer.
-
2
Meng voor de biscuit het ei met de broyage. Zet de suiker even in een warme kom en klop intussen de eiwitten stijf. Voeg de suiker toe en klop verder tot het mengsel mooi stijf is. Spatel de bloem onder het eiwitschuim, vermeng met het amandelbeslag en doe er ook de gesmolten boter bij.
-
3
Verwarm de oven voor op 200°C.
Haal de bakplaat uit de diepvriezer en spatel het biscuitbeslag op het opgesteven chocoladedeeg. Zet ongeveer 8 minuten in de oven.
-
4
Maak nu de bavarois. Week de gelatineblaadjes in koud water. Warm de passievruchtenpuree op tot hij vloeibaar is. Klop de room op met de suiker. Knijp de gelatine uit en laat hem oplossen in de warme puree. Roer goed. Klop de slagroom door de puree en schep het mengsel in een spuitzak.
-
5
Snij repen uit de biscuit die zo groot zijn als de omtrek van je serveerringen. Leg telkens een reep rondom in een serveerring en vul de ring tot de helft met bavarois. Leg er een stukje biscuit op en vul de ring verder met bavarois. Zet in de diepvriezer.
-
6
Maak intussen de coulis. Verwarm daarvoor de passievruchtenpuree met 100 ml water en suiker naar smaak. Week de gelatine in koud water. Knijp goed uit en roer de gelatine door de warme vruchtenpuree.
-
7
Haal de bavarois uit de diepvriezer en lepel op elk gebakje een beetje coulis. Zet weer in de diepvriezer. Ontvorm pas als de taartjes volledig bevroren zijn. Werk af met passievrucht.