bereiding

Voorbereiding

1. 1

   Laat de spliterwten een nacht weken in ruim water.

   Snij de ui en de preien fijn.

   Snij de aardappelen in stukjes en de knolselder in blokjes.

   Hak de selderblaadjes.

2. 2

   Giet de erwten af en doe ze in een kookpan met 2,5 l water. Breng aan de kook en doe er de
   varkenspoot, het buikspek, bonenkruid en een snuifje zout bij. Schuim af. Temper het vuur en laat 3 uur zacht koken onder deksel.

3. 3

   Voeg de ui, aardappelen, knolselder, groene selder, prei en saucijsjes toe. Laat 1/2 u. zacht
   koken, in de halfopen pan. Roer af en toe om.

4. 4

   Haal het vlees uit de soep. Ontbeen de varkenspoot, snij het spek in blokjes en de saucijsjes in niet te fijne plakken. Schep de helft van de erwten uit de soep. Mix de rest van de erwten en de soepgroenten.

5. 5

   Breng opnieuw aan de kook. Doe de erwten en het vlees er weer bij. Breng op smaak met een mespunt suiker, peper en zout. Serveer gloeiend heet!

6. 6

   Dit is de authentieke snert. In de snellere versie laat u het vlees weg en kookt u de (geweekte!) spliterwten gaar in vleesbouillon. Werk af met gebakken spekblokjes. Serveer met bruin brood en boter.