Quiche met brie en een witloofslaatje
bereiding
-
1
Verwarm de oven voor op 180°C. Rol het kruimeldeeg uit. Bekleed een quichevorm met bakpapier en leg het deeg erin. Prik er enkele gaatjes in met een vork. Leg een stuk bakpapier op het deeg en vul met gedroogde bonen of bakparels. Zet 10 minuten in de oven.
-
2
Pel de uien en snij ze in ringen. Maak de ringen los en fruit ze aan in wat boter. Laat zachtjes verder stoven tot ze zacht zijn.
-
3
Haal de quichebodem uit de oven. Verwijder de gedroogde bonen en het bakpapier. Laat de quichebodem even drogen aan de lucht.
-
4
Klop de eieren los met de room, kruid met peper en zout.
-
5
Schep de blokjes ham bij de gestoofde ui en roer nog even om. Verdeel de ham met de uien over de quichebodem. Schenk er het eimengsel bij. Snij de brie in dunne plakjes en verdeel ze over de quiche. Zet 35 minuten in de oven.
-
6
Maak het witloof schoon en snij in fijne reepjes. Snij de appel in luciferdikke staafjes. Spoel en droog de waterkers. Hussel alles door elkaar in een slakom. Klop een vinaigrette van de mosterd met de honing, olie en azijn. Verdeel de vinaigrette over de sla en werk af met de rozijnen. Serveer een quichepunt met het witloofslaatje.