Clafoutis van rode besjes met ijs van neuzekes en kweepeerkaramel
bereiding
-
1
Verwarm de oven voor op 170° C. Kook de kweepeer op en laat het achteraf uitlekken. Vang het sap daarvan op.
-
2
Maak het ijs. Verwarm de melk met het melkpoeder en de neuzekes. Voeg er, zodra de snoepjes gesmolten zijn, de suiker aan toe. Laat het mengsel afkoelen en draai in de ijsmachine. Bewaar het ijs in de diepvriezer.
-
3
Maak de clafoutis. Klop boter en suiker tot een wit mengsel. Doe er beetje bij beetje de eieren bij en dan de room. Spatel de bloem en de gist door het beslag. Verdeel de rode besjes over individuele cakevormpjes van silicone. Lepel het beslag erover en bak de clafoutis 10 minuten in een voorverwarmde oven van 170 °C.
-
4
Maak de karamel. Smelt de suiker in een pan met dikke bodem. Wanneer de suiker lichtbruin is, blus je ' m met het kweeperensap. Laat indikken en voeg er het sesamzaad aan toe.
-
5
Trek het kadaïfdeeg (engelenhaar) in stukken en bak volgens de aanwijzingen op de verpakking.
-
6
Schik op elk bord een clafoutis en schep er een bolletje ijs op. Werk af met stukjes vijg, de karamel van kweepeer en een kadaïfdoekje.
Voorbereiding