bereiding

1. 1

   Kook de aardappelen gaar in lichtgezouten water. Maak de boontjes schoon. 

2. 2

   Hak de verse kruiden fijn. Meng de gehakte kruiden met het broodkruim in een diep bord en breng op smaak met peper en zout. Doe de bloem en het losgeklopte ei in twee andere diepe borden. Snij de kipfilet in grote repen. Wentel ze eerst door de bloem, dan door het losgeklopte ei en daarna door het broodkruim.

3. 3

   Blancheer de boontjes kort in lichtgezouten water en laat ze schrikken onder koud water om de groene kleur te behouden. Pureer de aardappelen en breng op smaak met de melk, boter, nootmuskaat en peper en zout.

4. 4

   Bak de kippenstukjes goudbruin en krokant. Serveer met de boontjes en de puree.