bereiding

1. 1

   Snij de rabarber in kleine stukken en kook op een zacht vuur met de pectinesuiker en de kardemom tot moes. Laat afkoelen

2. 2

   Doe de bloem in een kom en maak er een kuiltje in. Giet er 240 ml lauw water in en los de gist erin op. Schep de bloem langzaam door het water en meng er de kristalsuiker, het zout en wat boter door. Kneed tot een soepel deeg.

3. 3

   Stuif wat bloem op het werkvlak en rol het deeg uit. Dek af met plasticfolie en zet 40 minuten in de koelkast.

4. 4

   Haal het deeg uit de koekast en bestuif met bloem. Rol het deeg uit tot 1cm. Wrijf de toerboter met de hand uit over ⅔van de oppervlakte van het deeg. Houd de randen vrij en vouw het deeg in 3. Herhaal dit 3 keer. Draai het deeg in bakpapier en zet opnieuw 40 minuten in de koelkast

5. 5

   Verwarm de oven voor op 190°C. Roer de eidooiers los met wat water. Haal het deeg uit de koelkast en rol dun uit. Snij er driehoeken uit. Schep in het midden van elke driehoek telkens een lepel rabarbercompote. Rol de langste zijde naar binnen en geef ze de vorm van een croissant.

6. 6

   Leg de croissants op een met bakpapier beklede bakplaat. Doreer de croissants met het eidooiermengsel en bak ze 20 tot 25 minuten in de oven.