bereiding

1. 1

   Zeef de bloem in een kom. Meng met de gist, het zout en de gehakte rozemarijn. Maak een kuiltje in het midden en doe er het water en 3 el olijfolie in. Meng van binnen naar buiten met de bloem, tot er een deegbal ontstaat.

2. 2

   Kneed het deeg 10 minuten door (en voeg er nog 1 extra el olijfolie aan toe) tot het glad en elastisch is. Leg het in een met olie ingevette kom, rol even om, zodat de volledige deegbal een laagje olie krijgt en dek af met huishoudfolie. Laat 45 minuten rijzen op een warme, tochtvrije plek.

3. 3

   Vet een broodvorm in met olie. Duw de lucht uit het deeg, vorm er een brood van en leg het in de vorm.

4. 4

   Spoel de aardappelen maar schil ze niet. Snij ze in 20 dunne plakjes en doe ze in een kom. Meng goed met 1 el olijfolie.

5. 5

   Maak met een scherp mesje sneetjes in het deeg en stop er een plakje aardappel en een plukje rozemarijn in. Bestrijk met olijfolie, dek af met plasticfolie (of een vochtige handdoek) en laat nog 1 uur rijzen op een warme, tochtvrije plek. Verwarm intussen de oven voor op 220 °C.

6. 6

   Bestrooi het brood met zeezout en zet het 40 minuten in de oven. Laat daarna afkoelen op een rooster.