bereiding

1. 1

   Snijd de champignons in miniblokjes van 5 mm. Fruit ze samen met de gesnipperde knoflook op een hoog vuur in een scheutje olijfolie tot het vocht van de champignons verdampt is. Voeg er de peterselie aan toe en breng de champignons op smaak met peper en zout.

2. 2

   Wentel de sint-jakobsvruchten even door olijfolie en bak ze kort in een grillpan. Kruid met peper en zout.

3. 3

   Leg in een weckpotje met deksel een laagje van de gebakken stukjes champignon. Leg er een sint-jakobsvrucht op en steek daar een takje gedroogde tijm in. Net voor het serveren steek je de takjes aan en doe je de deksels op de potjes. De vlammetjes zullen doven en er ontstaat rook in de potjes.

4. 4

   Serveer de potjes meteen met de deksels er nog op. Haal er, zodra ze op tafel staan, de deksels af zodat de rooksmaak niet gaat overheersen.