bereiding

Voobereiding

1. 1

   Schil en rasp de aardappelen en de courgette heel fijn.

   Verwarm de oven op 180°C.

2. 2

   Vermeng de geraspte aardappel en courgette met het ei, de room en de aardappelbloem. Breng op smaak met peper en zout.
    

3. 3

   Schep hoopjes van het mengsel in een koekenpan. Duw ze plat met een houten lepel. Bak de koekjes aan weerskanten 2 tot 3 minuten in boter of olie. Hou ze warm in de oven.

4. 4

   Bak de gekruide konijnenfilets aan elke 3 tot 5 minuten in hete boter of olie. Hou ze ook warm in de oven.

5. 5

   Breng de kippenbouillon aan de kook met de honing. Laat tot ongeveer de helft inkoken. Doe het limoensap en 1 koffielepel van het geraspte limoenschilletje bij de saus. Laat nog een paar minuten sudderen, tot de schilletjes zacht zijn. Werk, van het vuur af, de saus op met vlokjes ijskoude boter.

6. 6

   Snij de konijnenfilets in plakjes. Schik ze op voorverwarmde borden. Lepel er wat hete saus over. Leg er een paar aardappelkoekjes bij.