bereiding

1. 1

   Zet eerst het wafelijzer op, zodat het goed warm is als het supersnelle deeg klaar is.

2. 2

   Smelt de 50 gram boter in een sauspannetje op een laag vuurtje.

3. 3

   Doe de bloem in een grote kom. Roer er met een garde de karnemelk door. Begin meteen te roeren als je de karnemelk erbij giet, zodat je geen klonters krijgt. Doe het ei, de eiwitten, de olie en de vanillesuiker bij het beslag en klop verder door elkaar. Klop er dan de gesmolten boter door. Voeg als laatste het natriumbicarbonaat (baksoda) toe en mix nog even met de staafmixer.

4. 4

   Bak de wafels in 5 à 6 minuten lekker bruin en krokant in het wafelijzer. Ze zijn klaar als je geen damp meer uit het toestel ziet komen. Roer intussen zoveel bruine suiker als je wilt door de zachte hoeveboter. Serveer de warme wafels met de stierenboter.