bereiding

1. 1

   Zet een ruime pot water op en breng het aan de kook. Maak de bonen schoon. Breek de kant waarmee de boon aan de plant hing af, maar laat het andere puntje eraan.

2. 2

   Doe de bonen in het kokende water en kook ze zonder deksel. Versgeplukte boontjes zijn al na 2 tot 3 minuten beetgaar. Zorg dat ze in elk geval nog krokant zijn, ze worden daarna nog eens kort gebakken. Giet ze af, laat ze meteen schrikken onder koud water zodat ze zeker niet meer verder garen en laat ze uitdruppen.

3. 3

   Breng een kleine pot water aan de kook, leg er de eieren voorzichtig in en laat ze 5 tot 6 minuten koken, afhankelijk van of je ze helemaal lopend of al een klein beetje gestold wilt hebben.

4. 4

   Snij het spek in fijne reepjes en bak het goed krokant in een pan. Pel en snipper de sjalotten. Haal het spek uit de pan, zet het vuur lager en bak de sjalotten heel kort aan in het braadvet. Doe er na 30 seconden de boontjes bij, meng ze onder de sjalotten en bak ze samen 3 minuten, tot de bonen een bruin randje krijgen.

5. 5

   Giet de eieren af en hou ze 1 minuut onder de koudwaterkraan. Hak het bonenkruid fijn. Voeg het spek weer bij de boontjes, laat even mee opwarmen en blus dan met een klein scheutje wijnazijn en voeg het bonenkruid toe. Kruid met flink wat zwarte peper. Pel snel de zachtgekookte eitjes, leg ze op de boontjes, strooi er wat Maldon zeezout over en dien op.