bereiding

1. 1

   Snij de zalm let in kleine blokjes. Snij de pompelmoezen tussen de vliesjes door, à vif, in partjes. Hou 8 partjes apart, snij de rest in even kleine stukjes als de zalm.

2. 2

   Maak de lente-uitjes schoon en snij ze in fijne ringetjes. Pel en snipper de sjalot. Spoel de dille en hak fijn. Hou enkele takjes apart. Meng 4 eetlepels olijfolie met 2 eetlepels citroensap en de mosterd. Meng de zalm, pompelmoesblokjes, lente-ui en dille met de marinade. Kruid met peper en zout. Voeg eventueel meer citroensap of olijfolie toe. Laat 15 minuten marineren in de koelkast.

3. 3

   Snij rondjes van ongeveer 6 cm diameter uit het brickdeeg. Verhit wat olijfolie in een pannetje en bak er de rondjes brickdeeg in tot ze goudbruin en krokant zijn. Laat uitlekken op keukenpapier.

4. 4

   Maak quenelles van de zalmtartaar en leg ze in een diep bordje, leg er de pompelmoespartjes bij en enkele brickdeegkrokantjes. Werk af met een takje dille.