bereiding

1. 1

   Maak het stoofpotje. Pel de sjalotten en snij ze in 4 partjes. Pel de knoflook en snij de teentjes doormidden. Stoof de sjalot en de knoflook glazig in de olijfolie.

2. 2

   Schil de pastinaken en snij ze in hapklare stukken. Borstel de paddenstoelen schoon. Voeg de paddenstoelen en de pastinaak toe aan de pan en bak even mee op. Voeg de tomatenpuree en de rode wijn toe. Laat de alcohol verdampen. Voeg de rozemarijn, tijm, peper en zout toe. Giet de bouillon en de sojasaus erbij. Laat zo’n 10 minuten sudderen en voeg de linzen toe. Laat de linzen zo’n 25 minuten sudderen tot ze gaar zijn.

3. 3

   Maak ondertussen de puree. Schil de aardappelen en de wortelen en snij ze in stukken. Kook ze gaar in de amandelmelk. Giet af, maar hou een beetje kookvocht apart. Laat de aardappelen en de wortelen even ‘drogen’ op het vuur. Mix de puree fijn tot een zalfachtige structuur en kruid met peper en zout. Voeg indien nodig nog wat kookvocht toe.

4. 4

   Verwijder de nerven uit de boerenkoolbladeren en blancheer ze kort in kokend gezouten water.

5. 5

   Verwijder de kruiden en de knoflook uit het stoofpotje en breng op smaak met peper en zout. Serveer het stoofpotje met de boerenkool en de puree.