bereiding

1. 1

   Maak het brood. Meng de twee soorten bloem in een kom. Maak een kuiltje in het midden. Strooi het zout aan de rand van de kom.

2. 2

   Los de gist op in het water en laat een 10-tal minuten staan. Giet het gistmengsel in het kuiltje in de bloem. Meng vanuit het kuiltje steeds wat bloem door het gistmengsel tot alles goed samenhangt. Haal het mengsel uit de kom en kneed 20 minuten goed door met de hand. Kneed je in een standmixer, dan is 10 minuten voldoende.

3. 3

   Vorm een bal van het deeg en leg die in een schone kom. Dek af met vershoudfolie of een vochtige handdoek en laat 20 minuten rijzen op een warme plek zonder tocht, tot het deeg in volume verdubbeld is.

4. 4

   Maak intussen het tijgerpapje. Meng alle ingrediënten tot een dik papje, ongeveer zo dik als pannenkoekenbeslag. Dek af en laat op kamertemperatuur staan.

5. 5

   Duw het brooddeeg plat en verdeel het in 2 gelijke stukken. Weeg ze af. Vouw de 4 hoeken naar binnen zodat het deeg opspant, plaats je duimen op ongeveer 1/3 van de bovenkant en rol het deeg naar beneden tot een broodje. Leg elk broodje in een kleine ingevette broodvorm en dek af met vershoudfolie of een vochtige handdoek. Laat opnieuw 20 minuten rijzen. Roer het tijgerpapje eens om en dek opnieuw af.

6. 6

   Verwarm de oven voor op 230°C op de heteluchtstand en verwarm onderaan in de oven een bakplaat mee. Bestrijk het deeg met een bakkwast met het tijgerpapje. Dat mag een vrij dik laagje zijn, maar je hebt zeker niet alles nodig (zie tip). Dek weer af en laat nog 20 minuten rijzen onder vershoudfolie.

7. 7

   Verwijder de vershoudfolie. Bestrijk de broodjes eventueel nog een keertje met een klein beetje tijgerpap, mocht er veel aan de folie zijn blijven plakken. Zet ze in de oven, giet een glas water op de hete bakplaat en sluit de ovendeur. Verlaag de oventemperatuur meteen tot 210°C en bak de broodjes 25 à 30 minuten. Blijf in de buurt en leg er als de broodjes te snel zouden kleuren een vel aluminiumfolie erover.

8. 8

   Haal de broodjes uit de oven, ontvorm ze en klop even op de onderkant: als die hol klinkt, is het brood gaar. Laat ze volledig afkoelen op een rooster. Zijn de broodjes nog niet gaar, zet ze dan nog 5 minuten in de oven op het rooster, zonder vorm.