Lauwe aardappelsalade met erwtjes, spek en kibbeling
bereiding
-
1
Boen de krieltjes schoon, halveer ze en kook ze gaar in lichtgezouten water. Giet ze af en laat ze uitlekken. Bak de spekjes krokant in een pan zonder vetstof en laat ze uitlekken op keukenpapier.
-
2
Maak de lente-uitjes schoon en snij ze in ringen. Pel en snipper de sjalot. Verhit olijfolie in een pan en fruit er de sjalot in aan. Voeg de erwtjes toe en roerbak ze 1 à 2 minuten tot ze gaar zijn. Schep de erwtjes, de spekjes en de lente-uitjes onder de krieltjes. Kruid met peper en een beetje zout.
-
3
Maak de de dipsaus. Pers de limoen. Meng de zure room met de mayonaise, de gesnipperde kruiden en het limoensap. Kruid met peper en zout.
-
4
Maak het kibbelingbeslag volgens de aanwijzingen op de verpakking. Snij de vis in hapklare stukken en wentel ze door het beslag. Verhit een flinke bodem plantaardige olie in een pan met dikke bodem (of verhit de friteuse op 180°C). Bak de kibbeling in verschillende porties in een 4-tal minuten goudbruin en krokant in de pan.
-
5
Serveer de lauwe aardappelsalade met de kibbeling en de dipsaus. Werk af met extra dille.