Milanese schnitzel met krieltjes en salsa verde
bereiding
-
1
Maak de salsa verde. Snipper de kruiden fijn. Pel en pers de knoflook. Rasp de schil van de citroen en pers het sap. Meng de kruiden met de knoflook, de kappertjes, de geraspte citroenschil, het citroensap en een flinke scheut olijfolie tot een salsa. Kruid de salsa verde met peper. Zet koel weg tot gebruik.
-
2
Boen de krieltjes schoon en kook ze in de schil gaar in lichtgezouten water. Giet de krieltjes af en schud ze op met een beetje grof zeezout.
-
3
Klop het ei los in een bord. Doe de bloem in een tweede bord en het paneermeel in een derde bord. Breng het paneermeel op smaak met de Italiaanse kruiden. Wentel de dunne kalfslapjes eerst zorgvuldig door de bloem, daarna door het losgeklopte ei en ten slotte door het gekruide paneermeel.
-
4
Verhit een bodempje olijfolie in een pan en bak de kalfslapjes daarin aan beide kanten goudbruin en krokant. Laat ze even uitlekken op keukenpapier.
-
5
Serveer de krokante schnitzels met de krieltjes en lepel er de salsa verde bij. Werk af met de appelkappertjes.