bereiding

1. 1

   Maak de zalm. Hak de dille fijn. Rasp de schil van de citroenen. Meng de helft van de geraspte citroenschil metde dille, de honing en de olijfolie. Kruid met peper en zout.Dep de zalmfilet droog met wat keukenpapier. Duw er langs 1 kant de dillemengeling op en wikkel de zalm in vershoudfolie. Laat minstens 30 minuten marineren. Haal de zalm uit de vershoudfolie en snij er met een scherp mes dunne sneetjes van. Gebruik hiervoor het liefst een fileermes.

2. 2

   Leg de sneetjes zalm op een bord en werk ze af met de rest van de citroenschil.

3. 3

   Maak de dip. Spoel de komkommer en snij hem in fijne blokjes. Pers het sap uit de citroen. Hak de dille, de bladpeterselie en de dragon fijn. Meng de Griekse yoghurt met het citroensap, de komkommer en de kruiden. Kruid de dip met peper en zout en werk hem af met de extra dille. Spoel de radijsjes en dep ze droog. Serveer ze bij de dip.

4. 4

   Maak de tartaar. Laat de rode bietjes uitlekken en snij ze in stukjes. Spoel de appel, verwijder het klokhuis en snij het vruchtvlees in blokjes. Meng de rodebietblokjes met de wittewijnazijn en de olijfolie en kruid ze met peper en zout. Lepel ze in de glaasjes. Lepel de appelblokjes bij in de glaasjes. Werk ze af met de roze peperkorrels.

5. 5

   Maak het smørrebrød. Rasp de schil van de citroen. Snij elk sneetje roggebrood in 4 gelijke stukken. Meng de ricotta met de geraspte citroenschil, de olijfolie, peper en zout. Lepel de citroenricotta op de stukjes roggebrood. Werk ze af met de grijze garnaaltjes en de preischeutjes.

6. 6

   Verdeel de gerechtjes eventueel over kommetjes en schik alles op de plank.