Vroeger werd gans beschouwd als een ideaal wildgebraad, maar ze werd al gauw gedomesticeerd. De gans wordt bovendien vaak vetgemest voor de fel begeerde 'foie gras'.
Bij ganzen onderscheidt men twee soorten: de Emden- en de Toulouse-gans. De Emdengans is wit van kleur en wordt vaak als huisdier gehouden. De Toulousegans heeft een grauwbruine kleur en witte staartdekveren.
Ze worden in twee gewichtsklassen geslacht: de lichte gans weegt 5 kg en de zware 10 kg tot 12 kg. De Strassburger ganzen worden speciaal voor de lever gekweekt. Een gans kan tot 30 jaar oud worden.
Aankopen
Ganzen worden hoofdzakelijk gepluimd en uitgehaald verkocht. De beste ganzen zijn niet ouder dan een half jaar en niet zwaarder dan 4 kg. Het smakelijkst zijn de ganzen in de periode van september tot december.
Bewaren
Diepgevroren kan u een gans nog tot 2 maanden bewaren. Vers consumeert u de gans best nog op de dag van de aankoop. Op voorverpakte producten staat een houdbaarheidsdatum vermeld.
Bereiding
Ganzen worden met of zonder vulling gebraden, gesmoord, gekookt of in koude gerechten verwerkt. Men kan zich voor gans baseren op de bereidingswijzen van kalkoen. Ganzeneieren zijn eetbaar, maar hebben wel een hoger cholesterolgehalte.
Gezondheid
De gans is het vetst van alle gevogelte. Wie calorieën en cholesterol wil beperken, mag zeker het vel niet consumeren.
|