Hongaarse goulash
bereiding
-
1
Pel de sjalotten en de knoflook. Snipper de sjalotten grof, hak de knoflook fijn. Spoel en halveer de paprika’s, verwijder de zaadjes, snij ze in niet al te kleine stukken. Dompel de tomaten kort onder in kokend water. Pel en ontpit ze, snij het vruchtvlees in blokjes.
-
2
Verhit de boter in een grote braadpan. Bak de rundvleesblokjes, in porties, rondom stevig aan. Bestrooi met paprika- en chilipoeder, roerbak 1 minuut. Schep het vlees op een bord.
-
3
Doe de sjalot, de knoflook en de paprika in de pan en stoof ze even aan. Voeg de tomatenpuree en de tomatenblokjes toe, warm nog even door. Giet er de rode wijn en de bouillon bij.
-
4
Schep de vleesblokjes weer in de pan en roer alles goed om. Voeg laurier, pimentkorrels, rozemarijn, tijm en marjolein toe. Kruid met peper en zout. Stoof de goulash afgedekt 1,5 uur zachtjes op laag vuur of tot het vlees mals is. Proef en breng eventueel verder op smaak. Werk af met peterselie en serveer met rijst of stokbrood.