Chocoladetaartje met frambozen
bereiding
-
1
Maak eerst het deeg. Meng de bloem, het bakpoeder, het cacaopoeder, de suiker en het zout in een kom. Snij de boter in blokjes en wrijf ze met de hand door het deeg, zodat je een kruimelig mengsel krijgt. Voeg vervolgens de eidooier toe en kneed het deeg goed door tot een samenhangende bal. Wikkel ’m in plasticfolie en laat 1 uur rusten in de koelkast.
-
2
Rol het deeg uit tot een lap van 3 mm dik en bekleed er de vormpjes mee. Laat ze 30 minuten rusten in de koelkast.
-
3
Verwarm de oven voor op 180°C. Leg op elk taartbodempje bakpapier en vul met een steunvulling. Bak de bodempjes 10 minuten blind en verwijder de steunvulling.
-
4
Maak de vulling. Smelt de chocolade au bain-marie. Klop de boter tot een zachte crème. Zeef er de poedersuiker en het maïsmeel bij en doe er de amandelbloem bij. Meng met de boter en roer er ook de eieren, de vanillepudding en de gesmolten chocolade door. Roer tot een gladde massa.
-
5
Verdeel wat frambozen over de taartbodempjes en lepel er de vulling over. Bak de taartjes 15 à 18 minuten in de oven. Laat afkoelen en werk af met frambozen, bestrooid met poedersuiker. Giet er voor het serveren wat amarettosiroop over. Lekker met een bolletje ijs.