bereiding

1. 1

   Schil de peren. Snij ze in kwartjes en verwijder klokhuis en pitten. Breng 5 dl water aan de kook met 100 g fijne suiker en het sap van een halve citroen. Leg er de peertjes bij. Temper het vuur. Laat 30 minuten zacht stoven, tot de peertjes beetgaar zijn.

2. 2

   Verwijder de bittere kern onderaan uit het witloof, halveer de struikjes in de lengte. Besprenkel ze met de rest van het citroensap. Bak ze kort op een hevig vuur, in flink wat boter. Strooi er de suiker bij en laat lichtjes karameliseren.

3. 3

   Blus met een half kopje water. Dek de pan half af. Laat het witloof nog 10 tot 15 minuten stoven op een zacht vuur.

4. 4

   Kruid de koteletten met de salie, peper en zout. Bak ze 2 minuten aan beide kanten op een hoog vuur, in olijfolie. Laat ze onder deksel verder garen.

5. 5

   Serveer vlees en groenten goed heet, met de stoofperen en gekookte aardappelen.