bereiding

1. 1

   Verwarm de oven voor op 180°C. Schil de aardappe- len en pastinaken en snij ze in stukken van 2 bij 2 centimeter. Meng ze goed met 3 eetlepels olijfolie, de tijm, peper en zeezout en verdeel over een met bakpapier beklede bakplaat. Leg er de teentjes knoflook ongepeld tussen. Rooster 30 minuten in de oven.

2. 2

   Kook ondertussen de boerenkool in ongeveer 10 minuten beetgaar in gezouten water. Giet af en vang 1 kopje kookvocht op. Doe de boerenkool weer in de pan.

3. 3

   Pel en pers de resterende teentjes knoflook. Hak de rozemarijn fijn. Meng de knoflook en rozemarijn met 3 eetlepels olijfolie, 1⁄2 koffie- lepel zout en wat grofgemalen peper. Laat de koteletjes een halfuur marineren in dit mengsel. Bak ze dan 3 minuten aan beide kanten in een hete pan. Bestrooi de koteletjes met nog wat extra peper.

4. 4

   Neem de bakplaat uit de oven. Knijp de knoflook uit. Stamp de groenten samen met de knoflook, de gerasp- te sinaasappelschil, het sinaasappelsap en 3 el olijfolie tot een grove puree.

5. 5

   Schep de boerenkool door de puree en breng op smaak met peper en eventueel nog wat zout. Voeg een beetje kookvocht toe als de puree te droog is. Serveer de stoemp met de koteletjes.