bereiding

1. 1

   Klop voor het deeg de boter met de suiker, de vanille-essence en de honing zacht en romig. Zeef de bloem en het zout boven het boter-suikermengsel. Voeg de eidooier, de kardemom, de sinaasappelrasp en de vanillezaadjes toe en kneed tot een stevig mengsel. Wikkel het deeg in plasticfolie en laat minstens 30 minuten rusten in de koelkast.

2. 2

   Verwarm de oven voor op 175°C. Rol het deeg uit op een bebloemd werkblad en steek er eivormige koekjes uit. Snij hartjes uit de helft van de koekjes. Kneed de restjes door elkaar, rol opnieuw uit en steek daar weer koekjes uit tot het deeg op is. Leg alle koekjes op een met bakpapier beklede bakplaat en bak ze in het midden van de oven 12-15 minuten. Laat ze afkoelen op een rooster. 

3. 3

   Klop voor het glazuur de poedersuiker en de eiwitten samen op, laat de mixer langzaamaan sneller draaien en voeg het citroensap toe. Laat de mixer 5-7 minuten op hoge snelheid draaien tot het glazuur pieken vormt. Voeg dan langzaam druppeltje voor druppeltje het water toe. Vul een wegwerpspuitzak met het glazuur en knip er een klein puntje af. 

4. 4

   Teken eerst een lijn langs de rand van de koekjes met hartje, vul daarna voorzichtig in met de rest van het glazuur en laat 1 nacht drogen. ‘Lijm’ de koekjes op elkaar met extra glazuur en vul het hartje met confituur.