Lasagnette met spekjes, champignons en ricotta
bereiding
-
1
Bak de spekreepjes krokant in een pan zonder vetstof, neem ze uit de pan en laat uitlekken. Maak de champignons schoon en snij in kwartjes. Bak ze krokant en goudbruin in wat olijfolie. Fris ze een beetje op met citroensap naar smaak.
-
2
Pel en snipper de knoflook en de sjalot. Verhit olijfolie in een diepe stoofpot en fruit er de sjalot en knoflook in. Spoel de courgette en snij in fijne blokjes. Voeg toe aan de knoflook en de sjalot en roer even. Voeg de passata toe en kruid met tijm, peper en zout. Laat 10 minuutjes garen.
-
3
Snij de verse lasagnevellen in linten en voeg ze samen met de krokante champignons en de spekjes toe aan het sausje. Roer enkele minuten om tot de lasagnevellen gaar zijn. Breng op smaak met peper en zout.
-
4
Verdeel de lasagnette over vier borden en werk af met vlokjes ricotta, de kappertjes, het basilicum en citroenrasp naar smaak.