bereiding

1. 1

   Maak de broodkrans. Doe de gist in een kom en meng met de suiker en het lauwwarme water. Laat enkele minuten staan tot je belletjes ziet. Voeg het maïsmeel en het tarwegriesmeel toe. Doe er ook het zout en de gedroogde kruiden bij en kneed met de hand of in de keukenrobot tot een glad deeg. Bol het deeg op en leg het in een kom. Leg er een vochtige handdoek op en laat het 1 uur rijzen op een warme plaats tot het verdubbeld is in volume.

2. 2

   Rol gelijke bolletjes van het deeg en leg ze in twee cirkels op een met bakpapier beklede bakplaat, maar laat in het midden en tussen de bolletjes ruimte vrij. Zo kunnen de bolletjes mooi tegen elkaar rijzen zonder dat ze inzakken. Laat ze nog 30 minuten rijzen onder een vochtige handdoek.

3. 3

   Verwarm de oven voor op 180°C. Bestrijk de broodbolletjes met de melk en strooi er eventueel nog wat extra kruiden over. Bak de broodkrans 25 minuten in de oven.

4. 4

   Klop intussen de boter op met een mixer, samen met de tomatenpuree, het paprikapoeder en het zout.

5. 5

   Serveer de broodjes met de opgeklopte tomaten-paprikaboter. Ze zijn het lekkerst als ze nog warm zijn.