Volkorenflammkuchen met krieltjes, ham en rode ui
bereiding
-
1
Maak het deeg. Doe de beide bloemsoorten in een kom en voeg de gist toe. Meng goed en voeg er dan het zout, het lauwwarme water en de olijfolie aan toe. Kneed tot een soepel deeg, eerst 10 minuten in de keukenrobot en dan 10 minuten met de hand. Laat het 1 uur afgedekt rusten op kamertemperatuur.
-
2
Verwarm de oven voor op 230°C. Boen de krieltjes schoon en snij ze in dunne plakjes. Maak de lente-uitjes schoon en snipper ze fijn. Hou het witte en groene gedeelte apart. Pel de rode ui en snij hem in ringen. Snij de kaas in blokjes.
-
3
Rol het deeg dun uit op een bebloemd werkblad en leg het op een met bakpapier beklede bakplaat. Bestrijk het met de zure room en verdeel er de aardappelplakjes, de ham, de rode ui en het wit van de lente-ui over. Strooi er de kaas over en bak de flammkuchen 15 à 18 minuten in de oven.
-
4
Werk de flammkuchen af met het groen van de lente-ui en geef er de rucola bij.