Ovenkabeljauw in tomatensaus met wittekool en schelpjespasta
bereiding
-
1
Verwarm de oven voor op 185°C. Pel en snipper de ui en de knoflook. Verhit olijfolie in een pan op middelhoog vuur. Voeg de ui toe en bak hem glazig. Voeg 2/3 van de knoflook toe en bak nog 1 minuut. Voeg de tomatenpuree toe en bak die kort mee. Voeg de gepelde tomaten toe en druk ze met een spatel fijn. Kruid de saus met de oregano, het basilicum, peper, zout en het snuifje suiker. Laat de saus op een zacht vuur 15 à 20 minuten sudderen, tot ze wat is ingedikt.
-
2
Maak de wittekool schoon en snij ze fijn met een mandoline. Verhit wat olijfolie in een grote koekenpan op middelhoog vuur. Voeg de rest van de knoflook toe en bak hem kort tot hij begint te geuren. Voeg de kool toe en bak ze 5 à 7 minuten, tot ze gaar maar nog knapperig is. Breng ze op smaak met peper en zout.
-
3
Snij de citroen in plakjes. Schik de kool in een ovenschaal en overgiet ze met de tomatensaus. Schik er de kabeljauw op en leg er plakjes citroen op. Kruid alles met peper en zout. Bak de kabeljauw 15 à 20 minuten in de oven.
-
4
Kook de pasta gaar in lichtgezouten water volgens de aanwijzingen op de verpakking. Rooster de pijnboompitten in een droge koekenpan op middelhoog vuur.
-
5
Meng de helft van de pijnboompitten onder de pasta en verdeel de rest over de kabeljauw. Werk ze af met enkele blaadjes bladpeterselie en serveer ze samen.