bereiding

1. 1

   Maak de pesto. Pel en pers de knoflook. Doe de dragon, de pijnboompitten, de parmezaan en de knoflook in een keukenmachine. Pulseer een paar keer om alles grof te hakken. Terwijl de machine draait, voeg je langzaam de olijfolie toe tot er een gladde pesto ontstaat. Breng de pesto op smaak met peper, zout en eventueel een beetje citroensap.

2. 2

   Pel en snipper de sjalot en de knoflook. Verhit 1 eetlepel olijfolie en 1 eetlepel boter in een grote pan op middelhoog vuur. Voeg de sjalot en de helft van de knoflook toe en bak ze zacht en glazig in ongeveer 2 à 3 minuten. Voeg de arboriorijst toe en bak die een paar minuten mee, zodat de rijstkorrels glanzen en licht geroosterd worden. Voeg de witte wijn toe en roer constant tot de wijn volledig is opgenomen.

3. 3

   Voeg een soeplepel hete bouillon toe en roer regelmatig tot de bouillon is opgenomen. Herhaal dit proces, een lepel per keer, tot de rijst gaar maar nog al dente is. Dat duurt ongeveer 18 à 20 minuten. Roer de geraspte citroenschil, wat citroensap, de resterende eetlepel boter en de parmezaan door de risotto. Breng hem op smaak met peper en zout en hou hem warm.

4. 4

   Verhit de olijfolie in een grote koekenpan op hoog vuur. Voeg de rest van de knoflook toe en bak hem kort tot hij geurt. Voeg de inktvisringen toe en bak ze snel aan beide kanten. Bak ze ongeveer 2 à 3 minuten in totaal, tot ze net gaar zijn. Breng ze op smaak met peper, zout en een beetje citroensap.

5. 5

   Leg de inktvisringen op de risotto. Lepel de dragonpesto over de inktvis en de risotto en serveer. Ook lekker met een klassieke pesto genovese op basis van basilicum.