Basiskrans

Dit heb je nodig:

• kant-en-klare krans van wilgentwijgen, ⌀ 45 cm
• vers coniferengroen (of ander groen naar keuze)
• donkergroene binddraad
• snoeischaar
• eventueel tuinhandschoenen als je werkt met groen dat prikt (bv. hulst).

Al dit materiaal is te koop in de grotere tuincentra.

Tip! Een wilgenkrans is duurzaam én je kunt hem telkens opnieuw hergebruiken voor een nieuwe krans met vers groen (bijvoorbeeld met Pasen).

Zo maak je het:

1. Maak de binddraad vast aan de achterkant van de wilgenkrans. Knip het groen in takjes van 8 à 10 cm.
2. Steek takjes groen tussen de wilgentenen, zo dat ze elkaar overlappen en steek ze telkens in dezelfde richting (in wijzerzin óf in tegenwijzerzin), met de krans mee.  Zorg dat de krans volledig bedekt wordt met groen.
3. Omwikkel de krans met binddraad (met ± 10 cm tussen de wikkelingen), knip hem af als je helemaal rond bent en knoop vast op de achterkant. Trek waar je de binddraad ziet zitten, het groen een beetje los zodat het de draad camoufleert.
4. Vul eventuele gaatjes op met een tweede laag van kortere takjes groen en wikkel ook deze vast. Je basiskrans is nu klaar om verder te decoreren.

Stijl 1: De ultieme klassieker met zuurstokken en besjes

Dit heb je nodig:

• 8 rood-witte glazen zuurstokken (Søstrene Grene, € 2,10/st, sostrenegrene.com)
• frosted rode besjes (Van Uytsel, € 1,80, vanuytsel.be)
• 11 mini-kerstballetjes, rode en witte (Van Uytsel, € 2,70)
• 4 à 5 'besneeuwde' dennenappels
• rood lint, smal en breed (bv. bij Veritas)
• binddraad.

Zo maak je het:

1. Bind 3 paar zuurstokken aan elkaar met een eindje smal rood lint, dat je ook nog strikt. Bevestig de zuurstokpaartjes met binddraad aan de krans en bind er ook de resterende losse zuurstokken op.
2. Bind nu de dennenappels op de krans; laat de binddraad tussen de schubben van de dennenappel tot in het midden glijden.
3. Vul de krans verder op met toefjes rode besjes en de kerstballetjes, sommige ervan ook in paartjes en andere afzonderlijk.
4. Maak een mooie strik met het brede rode lint en bevestig hem met een stukje binddraad bovenaan je krans.

Tip! Zorg altijd voor één grotere blikvanger – een flinke strik of een opvallende bloem, bijvoorbeeld – voor een spannend 3D-effect.

Stijl 2: de kleurrijke fellerd met droogbloemen en sinaasappels

Dit heb je nodig:

• Droogbloemen naar keuze in fuchsia en geel/oranje tinten (bv. bij Van Uytsel)
• gedroogde sinaasappels of sinaasappelschijfjes (bv. bij Van Uytsel)
• binddraad
• breed fuchsia lint (bv. bij Veritas).

Tip! Sinaasappelschijfjes kun je makkelijk zelf drogen in de oven. Reken 4 uur op 100° C en laat de ovendeur op een kiertje.

Zo maak je het: 

1. Bind de gedroogde sinaasappelschijfjes of de gedroogde hele vruchten met stukjes binddraad op de krans.
2. Knip de steeltjes van de droogbloemen bij tot ± 7 cm. Vorm mini-boeketjes en steek deze – zonder ze eerst samen te binden –  kriskras in de krans, diep genoeg in het groen.
3. Vul eventuele gaatjes in de krans op met losse droogbloemen. Wikkel alles vast met binddraad en camoufleer deze door hier en daar wat groen los te trekken (zoals in stap 3 van de basiskrans).
4. Maak een mooie strik met het fuchsia lint en bevestig deze met een stukje binddraad bovenaan de krans.

Tip! Bevestig versiering van groot naar klein op je krans, zodat je op het eind automatisch de gaatjes opvult met het kleinste materiaal.

Stijl 3: de boho naturel met houten kralen en macraméringen

Dit heb je nodig:

• Blankhouten kralen ⌀ 12 mm en 18 mm (Schleiper, resp. € 49,61/500 st en € 8,69/50 st, schleiper.com)
• ecru katoengaren 'Aran' (Schleiper, € 2,80)
• houten macramé-ringen ⌀ 6 cm (Søstrene Grene, € 1,24/3 st, sostrenegrene.com)
• macramé-touw (Van Uytsel, € 4,50, vanuytsel.be)
• droogbloemen (waaronder hazenstaartjes) in witte tinten (bijv. bij Van Uytsel)
• 5 rotanballetjes (Van Uytsel, € 1,20/5 st)
• binddraad
• lijmpistool
• wolnaald.

Zo maak je het: 

1. Knip een stuk macramé-garen van ± 50 cm en leg onderaan een dikke knoop. Rijg de kralen met de wolnaald in een zich herhalend patroon aan het katoengaren. Leg ook in het andere uiteinde een knoop, zodat de kralen goed vastzitten.
2. Knoop met 2 eindjes binddraad achterop de krans de uiteinden van de kralenslinger vast, waarmee je de krans straks ophangt.
3. Knip voor de 3 kransjes 3 x 6 eindjes macramétouw van 50 cm. Vlecht per kransje telkens 3 x 2 eindjes touw; elk vlechtje moet zo lang zijn als de omtrek van de ringen.
4. Lijm met het lijmpistool op elke houten ring een vlecht; lijm de uiteinden goed tegen elkaar aan en camoufleer de 'lasnaad' door er een paar hazenstaartjes en andere witte droogbloemen op te plakken.
5. Bind elk minikransje met telkens 2 eindjes binddraad – eentje bovenaan en eentje onderaan – naar eigen inzicht op de groene basiskrans.
6. Bind – verspreid over de krans – nu de rotanballetjes met binddraad vast. Vul eventuele 'gaatjes' in de krans op met enkele droogbloemen.

Tip! Hou je krans mooi fris en groen door hem twee keer per week te bevochtigen met de plantenspuit, maar vermijd hierbij uiteraard de droogbloemen.