bereiding

1. 1

   Verwarm de oven voor op 180°C. Meng het gehakt met de dooier, de rozijnen, de pijnboompitten en de cognac. Kruid met peper en zout. Vorm 4 ovale balletjes van het gehakt en verpak ze telkens in een kalfslapje. Omwikkel elk pakketje met 2 plakjes ontbijtspek en maak vast met een prikkertje of keukentouw. Bak het vlees rondom goudbruin in een pan met 50 g boter. Leg de kalfslapjes in een ovenschaal en laat 20 minuten in de oven garen.

2. 2

   Verwijder de middennerf uit de koolbladeren en snij elk blad in vier. Stoom of blancheer de bladeren 10 minuten. Kruid met peper en zout.

3. 3

   Borstel de cantharellen schoon en bak ze in de rest van de boter. Kruid met peper en zout.

4. 4

   Haal de gevulde kalfslapjes uit de ovenschaal. Maak de aanbaksels in de schaal los met de gevogeltebouillon en laat wat inkoken op hoog vuur. Roer de room door de saus en breng op smaak met peper en zout.

5. 5

   Rol de savooibladeren op en leg ze op de borden. Serveer met de kalfspakketjes, de saus en de cantharellen. Werk af met een plukje dille.