bereiding

1. 1

   Week de boschampignons 20 minuten in de witte wijn. Haal het kreeftvlees uit de karkassen en snij het in stukken. Breek de scharen en haal het vlees eruit. Hou de karkassen bij.

2. 2

   Pel de ui en hak grof. Schil de wortelen, maak de prei en venkel schoon en snij alles fijn.

3. 3

   Stoof de karkassen in olijfolie samen met de ui, wortelen, prei en venkel. Giet de bouillon erbij en voeg het kruidentuiltje toe. Breng het geheel aan de kook en laat het op een zacht vuurtje een halfuur sudderen. Zeef de bouillon en laat nog even op een zacht vuurtje verder inkoken.

4. 4

   Kook de pasta beetgaar volgens de aanwijzingen op de verpakking. Verwarm de boter in een ruime steelpan. Voeg de kno ook toe en doe er ook de champignons bij samen met de witte wijn. Laat 10 minuten sudderen. Voeg ten slotte de bouillon, de room en de stukjes kreeft toe. Breng op smaak met peper en zout.

5. 5

   Laat de pasta goed uitlekken en doe bij de roomsaus. Schud goed op zodat de saus en de pasta zich vermengen. Werk af met een takje kervel.