bereiding

1. 1

   Verwarm de oven voor op 200°C. Laat de lamskroontjes op kamertemperatuur komen. Boen de krieltjes schoon en halveer ze in de lengte. Kook ze 10 minuten in lichtgezouten water en laat ze goed uitlekken.

2. 2

   Maak de champignons schoon en snij grote exemplaren in stukken. Pel de sjalot en snij ze in lange reepjes.

3. 3

   Kruid de lamskroon met peper en zout. Schroei ze eerst dicht aan beide kanten in een pan met wat boter en olijfolie. Leg de lamskroontjes daarna in een ovenschaal. Leg enkele salieblaadjes op het vlees en leg er de champignons, de sjalot en de rest van de salie bij. Giet het braadvocht van de lamskroon bij in de ovenschaal, voeg nog enkele vlokjes boter toe en bak de lamskroon 14 à 18 minuten.

4. 4

   Haal de lamskroontjes uit de oven en laat ze 10 minuten rusten onder aluminiumfolie.

5. 5

   Bereid de saus. Blus de aanbaksels en de groenten in de ovenschotel met de rode wijn en roer ze los. Giet de saus met de groenten over in een steelpannetje en voeg de lamsbouillon toe. Laat de saus even inkoken en kruid ze met peper en zout. Bind de saus met de donkere sausbinder.

6. 6

   Maak het witloof schoon en halveer de stronkjes in de lengte. Bak in een pan de krieltjes goudbruin in wat olie. Bak in een andere pan het witloof goudbruin in boter. Breng het witloof op smaak met peper, zout en de geraspte sinaasappelschil.

7. 7

   Leg de krieltjes , de lamskroon-tjes en het witloof op een schaal en serveer er de saus bij.