Dessert voor kerst: 1 biscuit, 3x anders
Voor elk wat wils!
Wat is je kerstdiner zonder een taart als kers op de, euh, taart? Wij bakten een simpele biscuit en versierden 'm 3 keer anders.
5 tips voor een perfecte biscuit
- Bij een biscuitbeslag is het belangrijk dat er veel lucht in het beslag komt en dat je snel kunt werken, zonder dat het beslag inzakt. Geef jezelf dus een vliegende start en zorg ervoor dat alle ingrediënten klaarstaan, dat de vorm beboterd en bebloemd is en dat de oven voorverwarmd is. Je gebruikt het best eieren op kamertemperatuur, die kun je het luchtigst kloppen.
- Het belangrijkste is om de eieren of de eidooiers lang genoeg te kloppen met de suiker, net zolang tot het mengsel dik en wit geworden is, flink toegenomen in volume en tot je er een streep in kunt trekken die niet onmiddellijk weer dicht loopt.
- Bij een biscuit zorgen de eieren en de gezeefde bloem ervoor dat het beslag gaat rijzen, een rijsmiddel is eigenlijk niet nodig. Soms wordt een mengsel van bloem en maïszetmeel gebruikt. Speel je toch liever op zeker? Gebruik dan zelfrijzende bloem, even veel als de bloem en het maïszetmeel uit het recept samen.
- Een staande mixer (zoals een KitchenAid of Kenwood) is ideaal om biscuitbeslag luchtig te kloppen. Hou er rekening mee dat deze toestellen heel krachtig kloppen en dat je daardoor meer beslag kunt hebben dan met een gewone mixer. Giet niet zomaar alles in de vorm, het zou kunnen dat die bij het rijzen overloopt. Biscuit mag je vullen tot 2/3 van de hoogte van de vorm.
- Voel aan het einde van de baktijd even aan de biscuit (wel opletten voor de hete vorm!). De biscuit is klaar als hij stevig aanvoelt maar toch nog een beetje meeveert. Heeft hij toch wat te lang in de oven gestaan en is hij wat te droog geworden, snij de biscuit dan door en bestrijk 'm met wat confituur of likeur, of doe er een vulling van slagroom of chocomousse tussen. Nog extra lekker ook!
Zelf aan de slag? Bekijk deze filmpjes!