Het ultieme recept voor pesto
Uitgetest door redactrice Jolien
Pesto: het bevat slechts een handvol ingrediënten... Wat is dan hét geheim van de perfecte pesto? Redactrice Jolien ging aan de slag in haar testkeuken en deelt al haar tips.
1 Rooster de pijnboompitjes
Rooster de pitten in een droge pan tot ze lekker ruiken. Laat volledig afkoelen voor je ze gaat stampen. Wil je echt het verschil maken? Gebruik dan Italiaanse pijnboompitten. Je herkent ze door de afwezigheid van een bruin puntje. Ze hebben een gelijkmatige roomwitte kleur en ze zijn langgerekt. Helaas zijn ze ook wel iets duurder dan de meeste pijnboompitten.
2 Stamp de pitten tot pasta
Voor een goede pesto is geduld essentieel, en ook de volgorde doet ertoe. Stamp dus eerst de pijnboompitjes in de vijzel. Niet tot ze een béétje gekneusd zijn, je stampt net zo lang tot de pitten een mooie egale pasta vormen. Zo krijgt je pesto straks een heerlijke structuur, met een subtiele zoete toets.
3 Scheur de blaadjes van de basilicumplant
Om de lekkerste basilicumpesto te maken, heb je het lekkerste basilicum nodig. Maurizio Valle, wereldkampioen pesto maken, zweert bij basilicum uit Prà, ten westen van Genua. Het allerbelangrijkste is dat het verse, zachte blaadjes zijn. Voor het fijnste resultaat pluk je enkel de blaadjes en laat je de steeltjes staan. Lees hier hoe je ervoor zorgt dat je basilicumplantje langer meegaat.
4 Vijzel het basilicum onder de pitten
Voeg mondjesmaat de basilicumblaadjes toe in de vijzel. Werk ze voorzichtig onder de pittenpasta met een klein snuifje zout. Het zout helpt om de basilicumblaadjes kapot te maken. Voeg niet té veel toe, want de kaas smaakt ook al zout. Plet de blaadjes met een ronddraaiende beweging van de stamper – dus niet slaan alsof het een hamer is – tot je een dikke, groene pasta krijgt, waarin je geen afzonderlijke blaadjes meer kunt onderscheiden. Dit kan je geduld danig op de proef stellen. Jolien doet er 8 minuten over.
5 Voeg de kaas toe
Nu is het tijd om de geraspte kaas onder de pasta te wrijven. Er heerst grote verdeeldheid over de keuze van de kaas: er zijn voorstanders van parmezaan, maar ook pecorino (het goedkopere alternatief) heeft z'n fans. Pecorino is minder zout dan parmezaan, en de delicate smaak van de schapenkaas matcht mooi met het basilicum. Het lekkerste resultaat krijg je als je de helft parmezaan en de helft pecorino gebruikt. Dat is trouwens een suggestie van 'De Zilveren Lepel', hét Italiaanse naslagwerk.
6 Giet er de olijfolie bij
De olijfolie brengt alle smaken mooi samen. Meng tot een egale pesto. Laat een paar minuten staan, proef dan of er nog wat zout of olie bij moet.
De ideale verhouding
Pesto maak je op gevoel. Soms heb je hem liever wat dikker met meer noten, een andere keer verkies je 'm iets kaziger. Met deze verhouding zit je altijd goed.
- 120 g kruiden (of 200 g groenten)
- 90 g fijngeraspte kaas
- 60 g licht geroosterde pitten of noten
- 175 ml extra vierge olijfolie
- Zout naar smaak
4x anders
Met andere pitten of noten
Amandelen, walnoten, hazelnoten, cashewnoten, pecannoten of pistaches… je maakt er heerlijke pesto mee. Ook zonnebloempitten zijn een goedkoop en lekker alternatief.
Met andere blaadjes
Pesto is ideaal om restjes te verwerken. Je kunt pesto maken met rucola, peterselie, spinazie, veldsla en waterkers. Zelfs met het loof van wortel, venkel en radijsjes kun je lekkere pesto maken.
Met groenten
Ook van groenten kun je pesto maken. Maak eens een rode pesto van zongedroogde tomaten of (gegrilde) paprika. Of wat dacht je van een roze rodebietenpesto? Ook broccoli, bloemkool, romanesco en erwtjes zijn een goed idee.
Met andere zuivel
Wil je de pesto serveren bij tortellini of ravioli? Leng 'm dan aan met room. Voor een lekkere dip kun je ricotta toevoegen.
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest, YouTube en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!