10 fouten die je beter niet maakt als je zelf pizza bakt
Word een echte pizzapro…
Wil je vrienden en familie omverblazen met de lekkerste homemade pizza? Wij verzamelden de 10 fouten om te vermijden als je zelf pizza bakt, zodat jij er vanaf nu niet meer over struikelt.
Homemade pizza is goedkoop, leuk, gezellig en – hopelijk – erg lekker. Er zijn echter een paar aandachtspunten zodat je je project pizza tot een goed einde brengt. Van het deeg en beleg tot het bakken en aansnijden: dit zijn de fouten die je beter niet kunt maken als je zelf pizza bakt.
10 fouten die je kunt maken bij het pizza bakken
1 Volgorde van de ingrediënten
Je pizzadeeg staat of valt met de volgorde waarin je de ingrediënten toevoegt. Dus eerst de gist, de rest komt later. Meng de gist vooraf met wat lauw water met een snuifje suiker en laat dit een kwartiertje rusten om hem te activeren. Meng hem vervolgens met bloem, voeg langzaam water toe en dan pas het zout. Het zout remt de gist namelijk af. Droge gist kun je wel meteen mengen met de bloem.
2 Te veel gist
Een van de meest gemaakte fouten bij het maken van pizza… Beginnende pizzaiolo's denken soms dat het deeg beter zal rijzen wanneer je meer gist toevoegt. Niets is minder waar. Er gaat maar een klein beetje gist in het pizzadeeg en dat heeft een goede reden, namelijk een langzame gisting. Hoe langzamer het gistingsproces, hoe lekkerder het deeg. Hou je dus aan de juiste hoeveelheid.
3 Te weinig of te veel kneden
Goed kneden is essentieel voor de ontwikkeling van gluten en die zijn dan weer belangrijk voor de structuur en textuur van de korst. Pizzadeeg kneden doe je door het een tiental minuten herhaaldelijk te vouwen, aandrukken en omdraaien. Als het glad, elastisch en ietwat plakkerig aanvoelt, zit je goed. Het deeg checken doe je met de 'ruittest'. Rek een klein stukje tussen je vingers. Ziet het er doorschijnend uit zonder dat het scheurt? Dan is je pizzadeeg klaar.
Je kunt het deeg ook te veel kneden, dat maakt het taai, zwaar en moeilijk om mee te werken. Heel belangrijk: laat je deeg altijd voldoende (een uur tot anderhalf uur) rusten. Zo krijgen de gluten de kans om te ontspannen en zich te verdelen, wat een soepeler deeg geeft.
4 Het deeg dun uitrollen
Pizzafans zijn verdeeld over de juiste dikte van het deeg. Maar het zo dun mogelijk uitrollen is niet de manier om een dunne korst te krijgen. Je krijgt daarentegen een minder stevige bodem.
Beter is je pizzadeeg stretchen. Duw je bolletje deeg plat tot een schijf van zo'n 2 cm dik, en rek met je handen de deegbol uit tot een bodem. Zo wordt het deeg niet platgeduwd en blijft het luchtig. En échte pro's gooien het deeg in de lucht zodat het stretcht. Dit maakt de bodem ineens krokanter.
5 Gewone bloem gebruiken
Krijgt je pizza een rare vorm, dan kan dat komen omdat je bij het stretchen of uitrollen op je werkblad gewone bloem hebt gebruikt in plaats van pizzabloem. Dat is type 00- of doppio zero-bloem, een erg fijn gemalen soort die perfect is voor pizza- en pastadeeg. Komt er gewone bloem in het deeg nadat het is gerezen, dan verliest het zijn elasticiteit en verandert de textuur.
6 Koude toppings
Koude pizzasaus en kaas recht uit de koelkast? Het is een van de meest genegeerde fouten bij het afwerken van een pizza. Koude toppings op het deeg beïnvloeden echter de baktijd en geven een ongelijkmatig gebakken pizza. Laat de ingrediënten dus eerst op kamertemperatuur komen.
Tip: gooi ook niet meer kaas dan nodig op je pizza. Te veel kaas doorweekt de korst met vet en door het gewicht kan de bodem ook nog 'ns uit elkaar vallen.
7 Te dik belegd
Ook een te veel aan andere ingrediënten kan je pizza makkelijk verpesten. De bodem wordt er slap en nat van, in plaats van heerlijk krokant. Bovendien warmt het beleg zo ongelijkmatig op. Wees dus selectief en kies voor slechts enkele toppings die elkaar qua smaak en textuur aanvullen. Rooster groenten eventueel vooraf zodat ze minder vocht afgeven. Verdeel alles gelijkmatig over de pizza en denk na over de volgorde: eerst de basis (bijvoorbeeld tomatensaus), dan het beleg en vervolgens een beetje kaas om alles samen te houden.
8 De oven niet voorverwarmen
Verwarm de oven altijd goed voor op maximumtemperatuur. De gist in het deeg heeft namelijk een hoge temperatuur nodig om te kunnen werken. Gebruik je een pizzasteen, leg hem dan in de oven voor je deze voorverwarmt. Zo is hij heet genoeg als je de pizza erop legt.
Maak je vaak zelf pizza, dan is een pizzasteen een goede investering. Deze verdeelt de warmte gelijkmatig, zo wordt de pizza niet klef en de korst lekker knapperig. Een echte pizzaoven is natuurlijk helemaal ideaal.
9 De tijd uit het oog verliezen
Check je pizza regelmatig, qua tijd zit er weinig verschil tussen perfect gebakken en aangebrand. Een dunne pizzabodem heeft een hogere temperatuur en minder baktijd nodig dan pizza met een wat dikkere korst.
10 Meteen in de pizza vliegen
We snappen het: het is moeilijk om niet in de verleiding te komen om meteen een punt pizza naar binnen te werken. Niet doen. Behalve dat je wellicht je mond verbrandt aan de hete kaas, is het beter om de pizza een paar minuten te laten rusten. Als je de kaas even laat stollen, vermijd je dat het beleg er zo afglijdt én het komt de smaak van je pizza ten goede.
Crunchy pizza's om nu te proberen
Nu je de belangrijkste fouten bij het pizza bakken weet te omzeilen, wil je waarschijnlijk meteen aan de slag. Deze recepten bewaren? Dat kan met één klik op de knop. Lees hier hoe je het doet.
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest, YouTube en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!