1. Kleur van de korst: De korst moet goudbruin zijn. Dit geldt zowel voor de bovenkant als voor de rand van de quiche.
2. Textuur van de vulling: De vulling moet stevig zijn, maar nog een beetje wiebelen in het midden. Als je de quiche zachtjes schudt, moet het midden lichtjes meebewegen, maar het mag niet vloeibaar zijn.
3. Satéprikker of mes: Steek een satéprikker of een mes in het midden van de quiche. Als deze er schoon uitkomt (er mogen wat kruimels aan zitten, maar geen natte vulling), is de quiche klaar.

Tips voor het bakken van een perfecte quiche:

1. Voorbakken van de korst: Bak de quichekorst (blind bakken) voordat je de vulling toevoegt. Dit voorkomt dat de korst zompig wordt. Bedek de korst met bakpapier en vul deze met bakbonen of droge rijst, en bak gedurende 10-15 minuten op 180°C. Verwijder dan de bakbonen en het bakpapier, en bak nog eens 5 minuten tot de bodem lichtbruin is.
2. Gebruik koude ingrediënten: Zorg ervoor dat de boter voor de korst koud is, en houd ook andere ingrediënten koel totdat je ze gebruikt. Dit zorgt voor een krokante korst.
3. Niet te veel vulling: Vul de quichevorm niet te vol. De vulling zal iets rijzen tijdens het bakken, dus laat een klein beetje ruimte aan de bovenkant vrij.
4. Gelijke baktemperatuur: Bak de quiche op een constante temperatuur, meestal rond de 180-190°C. Te hoge temperaturen kunnen ervoor zorgen dat de buitenkant verbrandt terwijl de binnenkant nog niet gaar is.
5. Laat de quiche rusten: Laat de quiche na het bakken ongeveer 10-15 minuten rusten voordat je hem aansnijdt. Dit helpt de vulling om wat steviger te worden en beter op zijn plaats te blijven.
6. Kleurt je quiche te snel tijdens het bakken? Dek ze dan af met aluminiumfolie! Vet de folie wel in zodat het niet aan de vulling plakt.

Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest, YouTube en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Lees ook …